biografie ◄    boeken ◄   filographie ◄   scènes ◄   lezingen ◄   pers◄  

 

      

   Filographie        

 

 

Filographie, denk ruimte vorm filosofie

Met een taal of iets dergelijks, waarmee ‘reizen’ in de ruimte mo-gelijk wordt, met behulp van het ‘zien’ of ‘licht’ in ons hoofd ofwel bewustzijn, kan waarschijnlijk sneller dan de snelheid van het licht gereisd worden, want op microniveau of op een ander niveau (wij kennen nu maar een fractie van de krachten en materie in het heelal) zijn de hersenen in verbinding met de ruimte. Net als in de hersenen kan het ‘zien’, het ‘licht’, het bewustzijn, in de ruimte snel van plaats veranderen en kan het in de ruimte een vorm aannemen en zich aansluiten aan de materie en daarin actief veranderingen aanbrengen. Hiervoor moet de grens overtreden worden dat de hersenen niet twee dingen tegelijkertijd kunnen denken, zoals in het geval van Schrödingers kat. Schrödinger heeft een gedachte-expe-riment opgesteld: als we een kat in een doos opsluiten en een microdeeltje afschieten op de doos, en op de weg van het micro-deeltje bevindt zich een spiegel, dan kan de spiegel het deeltje doorlaten - de kat wordt dan gedood - of niet doorlaten - de kat blijft dan in leven - óf de kat is tegelijkertijd levend en dood, zolang de doos gesloten blijft. Onze hersenen kunnen deze twee mogelijk-heden, dat de kat leeft of dood is én de kat tegelijkertijd levend en dood is, niet gelijktijdig accepteren.
De materie begrijpt zichzelf via denken, dit heeft tot gevolg dat wij er via denken in kunnen reizen, maar de oplossing voor het pro-bleem dat dit nog niet gebeurt kunnen wij niet vinden omdat wij alles in de wereld via de bril van logisch-wiskundige taal onder-zoeken. Er zijn echter ook andere mogelijkheden, andere verhou-dingen en andere oorzaken en gevolgen, naast wetenschap wijst ook een deel van de kunsten in deze richting. In de beeldende kunsten ontstaan middels zogeheten automatisch tekenen, waarbij een deel van het bewustzijn is uitgeschakeld, tekeningen en uit deze kunnen verhoudingen gezeefd worden die een weg wijzen naar een taal waarmee reizen in ruimte en materie mogelijk wordt en waardoor ons bestaan zich kan aansluiten aan een andere ‘dimensie’, aan een samengestelde wereld die als we deze in woorden willen uitdrukken, geen einde heeft en geen begin en tijdloos is.
Wij begrijpen alles door iets anders, wij ontleden alles, wij ver-gelijken, en ons onderzoek van verhoudingen in het denken levert nooit iets constants, onveranderlijks op behalve in beeldende kunst, daar zijn aanwijzingen dat dit wel mogelijk is. Wij zijn als het ware opgesloten in onze kennis en geschiedenis maar via kunst en wetenschap kunnen we tot de grens van onze kennis komen, deze grens verruimen en passeren en de ontwikkeling versnellen. Denkbaar is dat een superwezen onze geschiedenis achteraf heeft geschapen, teruggrijpend in de tijd, maar ook aan deze gedachte is te ontsnappen. De sleutel voor een uitweg uit de voor ons bekende wereld ligt in onze hersenen, onze kennis, en in onze kennis ligt ook de grens van het heelal en de grens van de materie. Wat is buiten de kennis? Is de verdere kennis en geschiedenis al klaar, kunnen wij deze beïnvloeden of hebben wij geen keuze? Hoe ziet de werkelijkheid er uit? Waarschijnlijk zitten allerlei krachten, krachtvelden, in ons en om ons heen die wij niet waarnemen en niet kunnen gebruiken. Wij vragen ons steeds af: wat is de oorzaak van het begin en de oorzaak daarvan en eindeloos zo door. Ons denken is geblokkeerd, deze blokkade in het denken is aanwezig op verschillende terreinen van menselijke activiteit. In beeldende kunsten is deze blokkade door analyse van basiselementen die aan een kunstwerk te onderscheiden zijn (lijn,kleur, en dergelijke ), op te heffen want hierdoor kan denken zichzelf onderzoeken en de oplossing van deze blokkade is in het denken te vinden. Het denken is deel van het heelal (het heelal of de werkelijkheid kan men zich voorstellen als het vanuit elk ‘punt’ in alle richtingen existeren van een oneindig aantal dimensies) en van de materie, is daarmee één, en door het denken te onderzoeken en te analyseren is de weg naar het heelal te vinden en naar het eindeloze en tijdloosheid.


 

Filographisch onderzoek

Filographische basisvormen (zie bovenstaande afbeelding) zijn producten van ‘automatisch’ tekenen. Van deze vormen bestaan verschillende twee- en driedimensionale uitvoeringen: lijnteke-ningen, doorzichtige en ondoorzichtige vormen, klein- middelgroot en groot formaat, verschillende materialen als gips, hout, klei, rubber, polyester, ijzerdraad, papier. Uit combinaties van reële filographische objecten (basisvormen), verschillende uitvoeringen hiervan en filographische ruimte-objecten (schalen, bakjes, jasjes) ontstaan bij waarneming in onze hersenen filographische vormen en ruimtes die bestudeerd worden door de filographie. De be-doeling van filographie is om erachter te komen of de in de herse-nen aanwezige kennis te omzeilen is en of er dan toch ideeën en gedachten te creëren zijn, een extra gebied van het denken buiten de gangbare historische kennis, een gebied waarover je kunt den-ken en waarmee je de kennis kunt uitbreiden. Voor het onderzoek wordt gebruik gemaakt van filographische vormen, omdat deze als product van 'automatisch' tekenen minder geassocieerd kunnen worden met door kennis ontstane producten en natuurproducten.
Filographie bestudeert de volgende processen: het maken van opstellingen van reële filographische objecten, de relatie tussen deze opstellingen en de ideeën die ontstaan door onze waarne-ming van deze objecten en de relatie tussen deze ideeën en het maken van nieuwe opstellingen (handelen). De bestudering van één object, bijvoorbeeld het spinnetje, levert waarschijnlijk al talloze mogelijkheden op.
De opstellingen dienen zo gemaakt te worden dat kennis zoveel mogelijk ontweken wordt. Dit is een vereiste omdat anders de kennis (historische, wiskundige, encyclopedische en dergelijke), het bekende, op de objecten geprojecteerd wordt en zo in het on-derzoek gestopt wordt wat je al weet, meer van hetzelfde, pseudo-kennis. Als de opstellingen met behulp van aanwezige kennis be-studeerd worden, wordt de kennis die er al is onderzocht. Dit kan schijnbaar iets nieuws opleveren maar is in werkelijkheid mislei-ding omdat dan het bekende onderzocht wordt.
Aan het filographisch onderzoek, filographie, ligt de vooronder-stelling ten grondslag dat buiten de kennis in het denken een extra ruimte bestaat. Het volgende is voorbeeld van deze vooronder-stelling: men wil een constructie maken voor een bepaalde functie en raakt er door ervaring en maken van schetsen (aanwezige kennis) van overtuigd dat één manier de beste is om deze con-structie te verwezenlijken maar terwijl men hiermee bezig is kunnen andere inzichten ontstaan die ertoe leiden dat er niet maar één beste constructie is. Dit nieuwe inzicht ontstaat niet door leren van fouten (trial and error), door omstandigheden wordt een betere manier gevonden waardoor de constructie steviger wordt. Kennis kan een rem vormen en loslaten hiervan kan tot nieuwe inzichten leiden. Filographie onderzoekt of deze vooronderstelling klopt.
Aanwezige kennis, variaties hierbinnen en wat dit praktisch kan veroorzaken zorgt voor het bestaan van potentiële kennis, waarvan men geen weet maar die er wel is.
 



 

Op bovenstaande afbeeldingen zijn drie filographische vormen van drie verschillende dimensies gebruikt, lijn - , platte en ruimtelijke vormen. De platte en ruimtelijke vormen zijn dominant omdat ze door hun ondoorzichtigheid de rest bedekken. Met de onderdelen die op deze afbeeldingen te zien zijn, zijn verschillende combina-ties te maken. In de eerste afbeelding is een lijnvorm om een ruim-telijke vorm heen gebogen. De vormen van ijzerdraad zijn net als de getekende lijnen lijnvormen en deze zijn gemaakt omdat hier vormen doorheen gestoken kunnen worden, waarmee getoond wordt dat wat door de lijn begrensd wordt ook een ruimte is.
Op onderstaande afbeeldingen zijn onderdelen te zien van het filographische spel wanneer het is losgehaald op haar bestand-delen (filographische basisvormen, jasjes, bakken, schalen).

 

 
 

De volgende afbeeldingen zijn ontstaan uit combinaties tussen het in lijnen uitgevoerde filographische spel en driedimensionale filo-graphische vormen. Deze afbeeldingen zijn een soort definities van stellingen die ontstaan door verplaatsen en stapelen van de filogra-phische vormen. Zo worden specifieke filographische ruimtes ge-creëerd.




Aan onderstaande collages is te zien hoe verschillende filogra-phische ruimtes in elkaar geschoven zijn. Hierdoor ontstaan eigen-aardige ruimtes en perspectieven die voor onze waarneming on-gewoon en verwarrend zijn. Toch maken ze, eenmaal gecreëerd, deel uit van de realiteit. Via dit principe kan ons inzicht over de ruimte uitgebreid worden.




 

De hierna volgende filographische schilderijen zijn gemaakt naar aanleiding van foto's, om aan te tonen dat de mens in staat is met simpele middelen, zoals verf en kwast, weer te geven wat hij waar-neemt. Deze schilderstechniek kan zolang herhaald worden totdat de foto en de waargenomen realiteit nauwkeurig weergegeven worden.

 



Een samenvatting van het boek 'Filographie, filosofie van denken in vormen' is hier te vinden ◄

 


 

terug naar boven ◄